Peter Het is duidelijk wat de twee top toestellen van dit moment zijn: de Apple iPhone 5 en de Samsung Galaxy SIII. Maar het is minder makkelijk om die super smartphones te vergelijken: voor elke gebruiker is een ander toestel het beste. De Phone House geeft je de aandachtstrekkers, zodat je zelf een keuze kunt maken. We leggen aan de hand van twee artikelen de verschillen tussen de twee toestellen uit.
Apple iPhone 5
Scherm:
Apples jongste heeft een 4-inch Retina-scherm met een resolutie van 640 bij 1136 pixels. Ter vergelijking: de iPhone 4S scoorde 640×960 puntjes. Het beeld van nummertje 5 is dus langer dan dat van de voorganger, maar even breed. Volgens Apple zodat het scherm groter wordt, terwijl de bediening met één hand toch gemakkelijk blijft. Door de nieuwe pixels is er ruimte voor een extra rij icoontjes. Verder is de kleurverzadiging met 44 procent verbeterd, hoewel de contrastratio van 800:1 gelijk blijft.
Camera:
De plaatjesmaker in Apples nieuwe kindje is flink verbeterd, maar dat zie je niet meteen als je alleen naar de specs kijkt. De iPhone 5 heeft acht megapixel, tap to focus, led-flash, een vijf-elementenlens, gezichtsherkenning, een hybride IR-filter en panoramamogelijkheden – maar dat had het oudere broertje ook allemaal al. Toch is er behoorlijk geknutseld: de techniek is kleiner en het systeem werkt sneller. Bovendien zou de camera minder licht nodig hebben, waardoor foto’s in het donker beter lukken.
Processor:
Jammer genoeg is de processor van de iPhone 5 vooral in onduidelijkheid gehuld. We weten dat het toestel is uitgerust met een A6-chip, maar daarover zijn weinig details bekend. Volgens Apple zelf is de techniek de moeite waard: de A6 zou tot wel twee keer zo snel zijn als de A5 in de iPhone 4S. En dat terwijl de batterij niet leeggezogen wordt: de talk time blijft acht uur bij 3G, maar de browsing time (10 in plaats van 9 uur op wifi) en de standby time (225 versus 200 uur) zijn zelfs verbeterd.
Uniek:
Apple lijkt niet echt te kiezen voor één unique selling point. Op veel gebieden geeft het bedrijf wat je al kende, maar dan beter: een iPhone, maar dunner, lichter, sneller, met opgepimpte apps en geperfectioneerde samenwerking tussen hard- en software. Toch zijn er uitklappers, zoals de vernieuwde maps-applicatie en verbeterde technologie. Het opvallendste is de nieuwe connector: Apple’s beroemde 30 pin-connector is vervangen door een wederom zelfbedachte lightning-connector, die meer mogelijkheden biedt en kleiner is. Een mobieltje voor trouwe Apple-fanaten, dus!
